Han de Vries over het boek: 'Het hoboriet was mijn strohalm'
- Klassiek
- Han de Vries over het boek: 'Het hoboriet was mijn strohalm'
Han de Vries (1941) geldt als een van Nederlands belangrijkste hoboïsten en pionier van de solocarrière op de hobo. Hij maakte zich los van het Concertgebouworkest om zijn eigen pad te volgen als solist. Over zijn leven en loopbaan verscheen onlangs het boek Het hoboriet was mijn strohalm, geschreven door Annemieke Hendriks. Hans Haffmans had in Podium een openhartig dubbelinterview met De Vries en Hendriks.
Luister hier het interview met Hans Haffmans terug:
De nieuwe biografie over hoboïst Han de Vries
Weg uit het orkest
Han de Vries begon zijn carrière in het Concertgebouworkest, samen met hoboïst Edo de Waart. Maar al snel koos hij, net als De Waart, voor een andere weg. Dit had meerdere redenen: “Er was vreselijk veel trammelant in het orkest en een rotsfeer. Dit had te maken met de Notenkrakeractie. De jongeren waren eigenlijk verdachte personen en de ouderen riepen: ‘Jullie bevuilen jullie eigen nest’. Ik durf nog verder te gaan: er liepen tussen die ouderen vanuit oorlogstijd nog afrekeningen. Dus dat was een soort giftige cocktail”, aldus De Vries.
'Druipend nijlpaard'
Ook de verhouding met dirigent Bernard Haitink speelde een rol voor zijn vertrek. De Vries wilde zich graag geliefd voelen. Tegelijkertijd was hij ook eigenzinnig en niet op zijn mondje gevallen.
Dit blijkt uit dit tekenend citaat: “Ik had een warm gevoel voor hem (Haitink, red.), maar als je zo’n druipend nijlpaard iedere ochtend om half 10 voor je ziet en iemand die eigenlijk zo weinig humor heeft - ja dan is dat voor jonge mensen soms een reden om een beetje lastig te worden.”

foto: ANP
'De hobo als strohalm'
Het boek van Annemieke Hendriks is geen chronologische opsomming, maar een gelaagd portret. Hendriks: “We hebben vier jaar met elkaar gesproken en Han werd steeds nieuwsgieriger naar zijn eigen verleden. Hij had veel weggestopt en ging ook zelf zoeken in zijn onuitputtelijk archief.”
De Vries: “Ik heb over mezelf dingen gelezen waarvan ik dacht: jeetje. Maar het is prachtig opgeschreven. Ik ben er echt onder de indruk van.”
Beide ouders van Han de Vries kwamen beschadigd uit de oorlog: zijn moeder als Joodse onderdrukte, zijn vader als communistische buitenstaander. Voor hun zoon, net terug uit een stille onderduik, was er nauwelijks ruimte. Zijn redding kwam via de muziek. In hoboïst Jaap Stotijn vond hij een mentor die hem hielp. “Het hoboriet was mijn strohalm", zei hij later onder andere in Trouw.
Hulp van de familie Van Zweden
Een van de meest ontroerende fragmenten in het gesprek is het verhaal over de familie Van Zweden. De moeder van De Vries herkende de naam toen hij samenwerkte met Jaap van Zweden:
“Ze zei: vraag eens of dat familie is van die Van Zwedens van wie we in de oorlog eten kregen. Ik vroeg het aan Jaap en hij zei laconiek: ‘Dat klopt. Mijn grootvader was chef-kok bij Krasnapolsky. Als de Duitsers klaar waren met eten, nam hij het overgebleven voedsel mee naar huis. Dat werd dan verdeeld onder onderduikers.’”
Om deze inhoud te tonen moet je toestemming geven voor social media cookies.
Video niet beschikbaar