Tenor Luigi Alva (1927-2025): van de Peruaanse marine naar de operatop

‘Ik wilde bij de marine’

Geboren op 10 april 1927 in Paita, Peru, begon Alva zijn loopbaan niet in de muziek, maar als cadet bij de Peruaanse marine. Tegen OperaWire zei hij: “Ik wilde bij de marine en begon als cadet bij de marine in Peru. Maar het zingen heeft altijd in me gezeten.”

Zijn zangtalent werd opgemerkt door componist Rosa Mercedes Ayarza de Morales van het conservatorium in Lima, die tegen hem zei: “Jongen, jouw toekomst ligt niet bij de marine maar bij de zang!”

Na zijn debuut in Lima in 1949 verhuisde hij in 1953 naar Milaan, waar hij studeerde bij Emilio Ghirardini en Ettore Campogalliani. In 1954 maakte hij zijn Europese debuut als Alfredo in La traviata van Giuseppe Verdi in het Teatro Nuovo in Milaan.

Internationale carrière

Alva's grote doorbraak kwam in 1956 met zijn rol als graaf Almaviva in Giacomo Rossini's Il barbiere di Siviglia aan het Teatro alla Scala, een rol die hij meer dan 300 keer vertolkte. Hij trad op in de belangrijkste operahuizen wereldwijd, waaronder de Metropolitan Opera in New York, waar hij in 1964 debuteerde als Fenton in Verdi's Falstaff. Hij trad daar maar liefst 101 keer op!

Zijn repertoire omvatte lichte, lyrische rollen zoals Don Ottavio (Don Giovanni), Ferrando (Così fan tutte), Nemorino (L'elisir d'amore) en Tamino (Die Zauberflöte). Hij werkte samen met dirigenten als Herbert von Karajan en Otto Klemperer en met zangers als Maria Callas en Teresa Berganza.

Na het podium

Na zijn afscheid van het podium in 1989 wijdde Alva zich aan het onderwijzen van jonge zangers. Hij gaf les aan de zangschool van La Scala in Milaan en richtte in 1980 de Asociación Prolírica del Perú (de Peruaanse opervereniging) op om de operakunst in zijn thuisland te bevorderen. In 2005 werd hij geëerd met een postzegel van de Peruaanse postdienst, en in 2012 ontving hij de medaille Personalidad Meritoria de la Cultura (een eretitel voor culturele verdiensten) van het Peruaanse Ministerie van Cultuur.

Luigi Alva laat een rijke discografie na, waaronder opnames van Il barbiere di Siviglia, Don Giovanni, Così fan tutte en Don Pasquale. Hij overleed op 15 mei 2025 op 98-jarige leeftijd.