Passage Domtoren vernoemd naar blinde beiaardier
- Klassiek
- Passage Domtoren vernoemd naar blinde beiaardier
De doorgang onder de Domtoren heeft sinds 18 juli een straatnaam: de Jacob van Eyckpassage. Dat heeft de commissie Straatnaamgeving van de gemeente Utrecht besloten. Van Eyck leefde in de 17e eeuw en was beiaardier van de Dom.
Blindheid
Van Eyck was blind geboren, maar dat weerhield hem er niet van om van muziek zijn beroep te maken. Ondanks (of misschien wel dankzij) zijn blindheid had hij een goed gevoel voor muziek. Hij begon zijn muzikale carrière in 1622 in Heusden, zijn vermoedelijke geboorteplaats, op het carillon in de toren van het stadhuis. In 1623 kwam hij naar Utrecht. De stad en het Domskapittel (het geestelijk bestuurscollege van de stad) benoemden hem twee jaar later tot stadsbeiaardier.
Een dichter noemde Van Eyck de Stichtse Orpheus, en zei over hem: "God nam ’t hem in het oog, maar gaf ’t hem weer in ’t oor."
Klokkenstemmer
Door zijn versterkte gehoorzintuig ontwikkelde Van Eyck zich tot klokkendeskundige. Hij ontdekte door te fluiten hoe de vorm van een klok de klank en toonhoogte bepaalt. Deze ontdekkingen deelde hij met Christiaan Huygens, een ver familielid. Huygens verspreidde de kennis van Van Eyck door de rest van de Nederlanden en Europa. Van Eyck ging samenwerken met de klokkengieters François en Pieter Hemony. Hun samenwerking bracht de eerste zuiver gestemde klokken voort.
Later dit jaar komt er in de passage een straatbord met zijn naam te hangen. Het onderschrift: '1589-1657 Stadsbeiaardier, campanoloog, blokfluitist’. Op het Domplein lag al een gedenksteen voor de beiaardier.
foto: Wikimedia Commons
Illustratie van Van Eyck met de gebroeders Hemony. Uit Lauwerblaren uit Neêrlands gloriekrans, 1875.